Van Invercargill naar Dunedin 9, 10, 11 februari 


Bij het ontbijt ontmoeten we 2 Australiërs op leeftijd waarvan er ook eentje motorrijdt. Mij was al opgevallen dat er veel motorrijders in de stad waren. Hij vertelde dat er een jaarlijks Burt Munro Challenge motorevent is .  Hier in het stad is ook een prachtig motormuseum. Dat is weer het voordeel als je een gezamenlijke ruimte hebt op de camping. Dus eerst naar het museum en tich foto’s gemaakt.

voor meer foto’s klik hier
Na een lunch in het zonnetje in het park met de auto de mooie motorwegen op. Tja ik zou zo een keer hier naar NZ willen voor een mooi motorvakantie, wie weet.

We rijden via mooie landelijke wegen met veel boerenbedrijven (koeien, schapen en hier en daar akkerbouw) in de richting van de zee. We komen daar bij Slope Point, het zuidelijkste punt van het Zuider Eiland. We zijn eigenlijk bijna in het midden van de evenaar en de Zuid Pool.

 

Dan bezoeken we Pokokuru watervallen. Wij komen niet meer zo vaak onder de indruk van watervallen, want we hebben er in ons leven heel wat gezien. Maar het pad er naar toe, het bos waardoor en de waterval zelf is volgens ons een van de hoogtepunten tot nu toe van onze reis. Het pad is aangelegd door Wainy, een oude man die we met zijn vrouw hebben ontmoet op Stewart Eiland. Hij raadde ons daar aan om er langs te gaan en ook het cafe Niagara te bezoeken. Het cafe, wat een kombinatie is van atelier en een eetgelegenheid, was helaas gesloten. Maar de waterval route was practig. Het is een soort ”Hobbit” omgeving. Zelden zo’n mooie bos gezien met mos, bomen, varens en wat allemaal door het elkaar kronkelt. Intens groen ook 

 O ja het weer is koud en nat. Hoewel het hier zomer is, is het nu nog maar  11 graden met een zware wind en af een toe een bui, dus het voelt ook nog wat kouder. Tegen de avond komen we aan bij Catheteral Cave. Een grot in een V-vorm waarvan de 2 uitgangen alleen bij Eb  te bereiken zijn. Na 18 uur kun je hier naar toe.

We kamperen daar vlak bij. Het is een erg koude nacht dit keer!  

Door in de richting van Dunedin de volgende dag.  Onderweg komen we  bij  de Nugget Point. Een mooi uitzicht punt met stijle kliffen en een oude vuurtoren. De rosten daar komen als Nuggets uit de zee. De zeeleeuwen en honden liggen verspreid over de rotsen.

Het is maar 130 km we rijden nu door de Catlins Coast. Dit gedeelte van het Zuider Eiland wordt vaak overgeslagen omdat toeristen vanaf Milford doorsteken naar Dunedin en dus het hele zuidelijke gedeelte van het Zuider Eiland  missen. Maar dit is voor ons juist een van de mooiste gedeelte van onze rondreis. Prachtige uitzichten over land en zee, klifs en mooie stukken  regenwoud. Plus ook weer cultuurlandschap, zoals boerenbedrijven met enorme schapen en koeienkuddes. 

In Dunedin zitten we 2 dg op een stadcamping. We besluiten zaterdag avond nog naar het Albatros centrum te gaan 30 km verderop. Het was ook deze dag koud, 11-12 graden, en winderig. Bij het centrum aangekomen kun je alleen een betaalde tour nemen. Nou vooruit dan. Maar gelukkig wederom een schtterend spektakel. Leuk dat je zo weer een hoop aan de weet komt over zo’n vogel.  Drie meter spanwijdte, dat ze een jaar lang in de lucht blijven, in 10 dagen tijd oversteken naar Zuidamerika (9000 km), elk jaar op dezelfde plaats broeden, ze elk jaar weer hun vaste partner treffen, dat ze 1 ei leggen, dat de oudste geregistreerde albatros 72 jaar is en nog steeds een ei legt en een gezond kuiken opvoedt, dat ze zout water drinken (wat veel zeevogels doen) maar een soort klier hebben die het te veel zout uit het bloed filtert en weer kan uitscheiden; dat ze de nauwelijks of niet flapperen met hun vleugels maar ze als het ware vast zetten en dus lekker zweven, zich voeden met inktvissen die ze  op pikken net onder de wateroppervlakte, dat ze niet af nauwelijks op het water zijn omdat ze door haaien geliefd worden, dat ze 8 kg zwaar zijn, meesters zijn in zweven. Dat voor 35 euro! 

Zondag een dagje in de stad van Dunedin. Wat opvalt dat op zondag alle winkels dicht zijn, veel restaurants en gezellige kofiebarretjes ook. Gelukkig zijn de musea open en vaak gratis. Maar voordat we dat doen gaan we naar de stijlste weg van de wereld erkend door Guinesbook of record: 35 %! Bij aankomst bij de Bladwin street zien we horde chinezen naar boven lopen, kruipen en midden op de weg foto’s maken. Tja dan zit er maar een manier op door zelf naar boven te rijden met onze auto en weer terug. De chinezen en andere bezoekers zijn er onderste boven van. Duimpjes in de lucht etc., maar ook verontwaardigde gezichten, zo wat doen die gekken. Maar ja er wonen gewoon mensen aan die straat die ook elke dag met auto weg gaan en thuiskomen dus waarom wij niet. Dus ook de stijlste weg van de wereld bereden.

Naast het station bezoeken we ook het museum dat over de geschiedenis van de settlers gaat. In deze streek waren dat vooral Schotten die midden 19e eeuw deze kant opkwamen. Ook het stationsgebouw is prachtig en lijkt veel van die van Haarlem.

We bezoek een paar kerken, anglicaans. Een beetje saai dus. In een katholieke wordt gelukkig nog gebeden voor de heilige Stanislaus.
We sluiten de dag af na een kunstwandeling langs veel hele grote muurschilderingen en eindigen in een bierbrouwerij!

De biertjes daar vielen tegen. Deze avond brengen we rustig door op de camping en kletsen nog even gezellig bij met Silke en Jesper.

Morgen door naar Mount Cook waar we 2 weken geleden nog over heen vlogen. Benieuwd hoe die er vanonder uit ziet. Dat lees je in het volgende bericht. 

2 gedachten over “Van Invercargill naar Dunedin 9, 10, 11 februari ”

  1. Heb weer meer tijd om jullie te volgen. foto’s zien er weer fantastisch uit.
    ook de bijbehorende informatie is mooi om te lezen. Waar haal je die allemaal vandaan?

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Scroll naar boven