De vlucht met Ethiad naar Jakarta duurde ongeveer 8:30 uur. Het was een Italiaanse maatschappij met een oude Airbus A330-300. Er zaten nog ipod aansluitingen in! Maar prima ingevlogen vliegtuig met aardig personeel en goede service. Inclusief 3 uur tijdsverschil kwamen we om 22 uur aan in Jakarta.
Omdat we alle documenten van te voren elektronisch hadden geregeld waren we van af de landing in 20 minuten inclusief bagage bij de uitgang van het vliegveld. Voor ons de sneltste clearence ooit! Onze chauffeur en gids Temy stond ook klaar. Om ongeveer 22.30 uur zaten we in de auto richting ons hotel in Bogor op ongeveer 85 km rijden. In Jakarta wonen 20 miljoen mensen, dus voordat je uit de stad bent ben je ongeveer een uur verder. Door het tijdstip ging het sneller, overdag zou deze rit minimaal 4 uur duren. Temy vertelde dat hier in de stad over een kilometer soms een half uur doet met de auto. De tolwegen zijn goed en we rijden relaxed naar Bogor.
Het resort waar we de 2 nachten verblijven ligt aan de rand van Bogor aan een rivier. Onze Indonesië trip is helemaal georganiseerd voor ons door Antarin. Dus we hoeven niets zelf te plannen.
Bogor heette in de koloniale tijd Buitenzorg, een dependance van de landbouw universiteit Wageningen. Het was een proefstation voor tropische land-en bosbouw en tot na de tweede wereldoorlog een belangrijke plaats voor deze studies. De uitkomst hiervan was hoe effectief de land-en bosbouw nu uitgevoerd wordt: middels plantages. Een van de belangrijke wijze van landbouw bedrijven, monocultuur met inzet van contractarbeiders en hierdoor ook een aanslag op de biodiversiteit. Maar gelukkig hebben de Wageningse studenten en hun begeleiders vanaf 1820 erg veel tropische flora en fauna wetenschappelijk vastgelegd. Dat is weer een enorme verdienste van hun inzet. Enkelen ervan zijn begraven hier in Bogor, overleden aan een tropische ziekte. Dit waren pas echte avonturiers.
We bezoeken de in die tijd aangelegde botanische tuin. Deze is gelegen naast het enorme koloniaal gouverneurs gebouw wat nu het buitenverblijf is van de president van Indonesië. Veel is aangeplant ergens in de negentiende eeuw. Er staan kolossale bomen en bamboe soorten en wat bij ons kamerplanten zijn kun je hier bij wijze spreken in klimmen. We fietsen hier door de uitgestrekte tuinen en grasvelden. Het wordt door de Indonesiërs ook vooral gebruikt als picknick plaats. Het oude gouverneursgebouw is niet te bezichtigenr en wordt streng bewaakt. Om 14 uur begint het te regenen en houdt niet meer op tot ver in de avond.
Samen met Temy bezoeken we nog de Chinese tempel wat eigelijk een boeddistische tempel is. We worden daar enthousiast rondgeleid door een van de beheerders.
Dan een sightseeing over de markt. Mijn god je krijgt al buikloop als je ernaar kijkt. Maar goed de Indonesiërs blijken een sterke maag te hebben en een enorm smaak pallet—> heet, heter, heetst.
Bij het resort eten we een eenvoudig diner en brengen de warme avond door met lezen. De volgende dag gaan we richting Bandung. Er zijn twee mogelijkheden via de tolweg van ongeveer 4 uur of via de toeristische route, die korter is maar tweemaal zo lang duurt. Maar eerst nog een simkaart scoren bij Telkomsel. Samen met Temy, die ons met alles helpt, zitten
we 1 uur te wachten op onze beurt en dan nog 1/2 uur dat zo’n procedure duurt. Geduld is hier het devies, er is ook geen andere mogelijkheid. De data simkaart is hier wel spotgoedkoop, 12 euro voor 119 gig aan data.
Dus rond 12 uur storten we ons in het verkeer. Letterlijk de komende 8 uur zijn weinig toeristische bezienswaardigheden te bewonderen maar het is stilstaan en voortkruipen over 125 km. Al is zo’n ervaring in het verkeer ook wel wat. Want wat je ziet aan een rijvaardigheid, vooral van de gemotoriseerde tweewielers is fenomenaal. Zij zijn de enigen die een respectabele voortgang boeken. Eigenlijk kan ik deze weg niemand aanraden, veel te druk en weinig te beleven. De Pucak pas is niet heel bijzonder, het uitzicht valt mee en de theeplantages op zich zijn wel mooi. De rest van de weg is omzoomd met kraampjes met eten en andere prularia. Midden op de weg staan de mobile verkopers en soms probeert men je te vermaken met een verkleed dansje of met z’n handicap. Kortom een lange en vermoeiende zit. Om 16 uur begint het te regenen. Uitdagingen voor de tweewielers worden groter zou je denken, maar niets is minder waar. De dunne plastic jasjes staan bol en lijken ze op Michelin mannetjes. Veelal zitten de kinderen en ook baby’s ingeklemd tussen vader en moeder. Vader met helm en moeders vaak zonder en de kinderen altijd zonder. Welke mores hier achter zit snap ik niet helemaal. Onderweg hebben we leuke en interessante gesprekken over onze wederzijdse culturen. Java is overwegend moslim cultuur met veel moskeeën en dus ook met veel oproepen tot bidden, 5 yx daags.
We komen om 20 uur aan in Bandung in het donker. Een oude Nederlandse stad met veel koloniale gebouwen. Het is hier de laatste dag van de vakantie, dat wordt met een enorm veel kabaal, muziek en volgens mij drank gevierd. Dat ook nog eens met straten vol scooters en motoren en dat midden in een miljoenen (4 miljoen inwoners) stad. Ons hotel staat naast een een bank, vroeger de Denis bank. Zie foto met uitleg.
We eten bij Braga Permai, een oud Nederlands hotel en restaurant.
We lopen nog wat door de straten waarvan er een voeger het “Karrenspoor” heette en nu “Braga”.
Mooi nog die Nederlandse opschriften op sommige gebouwen, dan ook maar een Heineken gedronken. Zaterdagochtend vroeg met de trein naar Borobudur. We zitten nu, op zaterdagochtend om 8 uur, al een uur in de trein, maar is nog een geen meter opgeschoten. Het moet de mooiste treinroute op Java zijn. We gaan het meemaken. Dat lees je in het volgende bericht.
Zo al en hoop avonturen achter de rug. Mooie foto’s.
Hier in Molenhoek begint het nu koud te worden.
Dank je hier alles goed vooral warm en nat!
Hoi Stan en Liesbeth,
Veel plaatsen en omschrijvingen komen mij bekend voor, omdat Java de geboorteplek is van mijn vader.
Hij heeft er veel over verteld. Even een correctie: mijn vader was adjudant van Beatrix ten tijde van het bezoek van de keizer van Japan aan Nederland. Lijkt mij onwaarschijnlijk dat jullie gids mijn vader heeft gekend. Heeft dus niet zozeer te maken met Indonesie. Fijn dat het zo’n mooie reis tot nu toe is.
Dank je Robert voor de aanvulling en vernetering. En inderdaad die goeie oude man die ons rondleidde was een gezellige meneer die leuk vond om overal ja op te zeggen.
Leuk ook dat je zoveel herkent.